Geliefden, gelooft niet iedere geest, maar beproeft de geesten of zij uit God zijn, want vele valse profeten zijn uitgegaan in de wereld. Hieraan kent u de Geest van God: iedere geest die Jezus Christus als in het vlees gekomen belijdt, is uit God; en iedere geest die niet Jezus als in het vlees gekomen belijdt, is niet uit God; en dit is de geest van de antichrist, waarvan u gehoord hebt dat hij komt, en hij is nu al in de wereld. 1Joh.4:1-3

Op 8 april 2025 verscheen een artikel op cvandaag.nl door ene Jaap Noordam met de titel: ‘Is God wel een Drie-eenheid?’ In dit artikel (n.a.v. zijn boek ‘de eenheid van 1 God’) ontkent Noordam dat Jezus Christus God is maar ‘slechts’ de Zoon van God, de mens die God vertegenwoordigt. Nu is dit niet alleen een verderfelijke leugen uit de koker van de grote tegenstander van God, het is een grove dwaalleer die te allen tijde bestreden moet worden. Dit behoort tot het allerheiligste thema van het geloof waarover Judas schrijft dat we daarvoor moeten strijden (Jud.1:3). Hier heb ik al geschreven (zie hier de video) over deze thematiek en in dit artikel neem ik de uitspraken van Noordam in het artikel (dikgedrukt) onder de loep. Wees waakzaam, want ‘ieder die de Zoon loochent, die heeft ook de Vader niet’, 1Joh.2:23

Sinds de vierde eeuw wordt door verreweg de meeste kerken geleerd dat God een ‘drie-eenheid’ is, bestaande uit God de Vader, God de Zoon en God de Heilige Geest. De meeste christenen geloven daarom dat Jezus niet alleen mens is, maar ook 100 procent God en daarmee gelijk is aan Zijn Vader.

Dit is ook volkomen terecht aangezien Jezus zegt: ‘Ik en de Vader zijn één’, Joh.10:30. Dit werd ook tot de vierde eeuw beleden door de christenen.

Wat velen niet weten is dat een deel van het leerstuk in de kerkgeschiedenis na een lange machtsstrijd werd vastgesteld.

Dat klopt, maar om welke reden is dat gedaan? Zie verderop.

Wat zegt de Bijbel eigenlijk over God? In het Oude Testament is het glashelder: God is één. In Deuteronomium 6:4 staat: “Luister, Israël! De HEERE, onze God, de HEERE is één!” Ook Jezus bevestigt dat: “Dit is het eeuwige leven, dat zij U kennen, de enige waarachtige God, en Jezus Christus, die Gij gezonden hebt” (Johannes 17:3). Voor Paulus is het ook duidelijk: “Toch is er voor ons maar één God: de Vader” (1 Korinthe 8:6, Efeze 4:6).

Noordam onderscheidt hier niet het verschil tussen de HEERE zoals Hij Zich openbaarde aan zijn verbondsvolk Israël en de Vader van de Heer Jezus Christus die pas openbaar werd toen de Zoon kwam (Joh.1:18). Het is uiteraard dezelfde God, maar zijn heerlijkheid werd pas in Christus ten volle openbaar. Niemand kent de Zoon dan de Vader (Mat.11:27). Zijn heerlijkheid als God en mens in één Persoon kent alleen de Vader. Paulus zegt elders wel degelijk ook dat Jezus God is, Rom.9:5; Tit.2:13.

Dat is de rode lijn door de hele Bijbel: God is de Vader. Hij is de Schepper van hemel en aarde. En Jezus? Die is de Zoon van God. Niet God zelf, maar wel vol van Gods Geest, Gods karakter, Gods liefde. Hij doet niets zonder de Vader. Hij zegt zelfs: “Ik kan van Mijzelf niets doen” (Johannes 5:30).

Hier de veelgemaakte fout om de die teksten te benadrukken die zeggen dat Jezus voor de volle 100% mens is. Als zodanig was hij vol van Gods Geest, maar als de eeuwige Zoon is Hij alwetend (zie Joh.1:49 waar Hij Nathanaël en zijn gedachten al kende) en almachtig (zie Joh.2:9 waar Hij water in wijn veranderde). Hij stilde een storm (Mark.4:39)! Bovendien is ‘Zoon van God’ hetzelfde als gelijk aan ‘God’, net zoals ‘Zoon des mensen’ betekent dat Hij volwaardig mens is.

Hoe is dan toch het idee van een ‘drie-eenheid’ ontstaan? De drie-eenheidsleer staat niet letterlijk in de Bijbel. Het eerste deel ontstond pas zo’n 300 jaar na Jezus, op het concilie van Nicea in 325 na Christus. Daar werd bepaald dat Jezus “volledig God” is, net als de Vader. En in 381 na Christus werd daaraan toegevoegd dat de Heilige Geest, ook een persoon, ook God is. Daarmee was het dogma van de ‘drie-eenheid’ compleet.

De drie-eenheidsleer staat wel degelijk in de Bijbel. Wat de Heilige Geest betreft, Heb.3:7-11 is een citaat van Ps.95:7-11 waar de HEERE spreekt over Israël in de woestijn. ‘Daar stelden uw vaderen Mij op de proef, etc.’ Toch zegt de schrijver aan de Hebreeën: ‘zoals de Heilige Geest zegt’. De HEERE en de Heilige Geest zijn één en Dezelfde. Dit blijkt ook uit het feit dat de Heilige Geest zegt dat Hij Barnabas en Saulus heeft geroepen in Hand.13:2. Wat Jezus betreft, Hij spreekt over de heerlijkheid die Hij bij de Vader had ‘voordat de wereld was’ (Joh.17:5). Hij was in de liefde van de Vader ‘voor de grondlegging van de wereld’ (Joh.17:24). Hij was er al voor Abraham bestond (Joh.8:58). Hij werd ‘geopenbaard’ en was dus al bij de Vader (1Joh.1:2-3). ‘U bent Mijn Zoon’ (Ps.2:7).

Juist omdat de godheid van Christus in de eerste eeuwen werd geloochend door bepaalde mensen, werd op het concilie van Nicea niet ‘bepaald’ (alsof het daar werd uitgevonden) maar vanuit de Schrift vastgesteld (ter verdediging van de al aanwezige waarheid) dat Jezus God is. Overigens was op dit concilie helemaal niet de gedachte van de drie-eenheid ‘ontstaan’. Dat was al veel eerder, namelijk al door de Latijnse kerkvader Tertullianus, die leefde van rond 160 tot na 220 – dus ruim een eeuw voor het concilie van Nicea. Overigens is op dat concilie de term zelf niet gebruikt, maar de basis van deze leer is daar wel vastgelegd. Ook Athenagoras van Athene en Theophilus van Antiochië gebruikten de term al voorafgaand aan Nicea. Dit waren Griekse apologeten uit de tweede eeuw!

Het ‘Edict van Thessaloniki’ dat keizer Theodosius I een jaar eerder uitvaardigde, zorgde ervoor dat de bevolking van zijn rijk in de ‘Drie-enig God’ moest gaan geloven.

Dit zegt uiteraard niets over het wel of niet waar zijn van de inhoud van het edict. In dit geval was de keizer (terecht) van deze waarheid overtuigd. Noordam doet voorkomen alsof dat niet zo kon zijn omdat het door de keizer werd uitgevaardigd en dat dit bij voorbaat dus al verdacht zou zijn.

De kerk ging redeneren met Griekse filosofie, in plaats van zich te blijven houden aan het simpele, heldere Bijbelse geloof.

Dit is altijd een argument dat goed ‘scoort’. De Bijbel is ‘simpel’ maar zodra er anders wordt gedacht dan de schrijver (Noordam in dit geval) is dat ineens ‘Griekse filosofie’. Welnu, Paulus waarschuwt voor deze Griekse filosofie in Kol.2:8.

Kijkt u uit, dat er niemand is die u tot prooi maakt door de wijsbegeerte.

Schrijft hij vervolgens aan de Kolossenzen dan dat zij ‘dus’ niet moeten geloven dat Jezus God is? Dat is immers Griekse filosofie volgens Noordam? Integendeel! Hij schrijft:

En Hij is voor alle dingen en alle dingen bestaan samen in Hem. Kol.1:17

Alles is door Hem geschapen (Kol.1:16)! In Hem zijn alle schatten te vinden van de wijsheid en de kennis (Kol.2:3). In Hem woont de volheid van de godheid lichamelijk (Kol.2:9).

Maar waarom gebeurde dat? Simpel gezegd: omdat de kerk van toen wilde afrekenen met mensen die er anders over dachten. Met name de gnostici, een groep filosofen en denkers, geloofden in meerdere goden of in een vage, onkenbare god. De kerk wilde dat tegengaan, maar ging daarbij zelf ook de fout in. Ze ging redeneren met Griekse filosofie, in plaats van zich te blijven houden aan het simpele, heldere Bijbelse geloof.

Dit is een leugen want het is precies andersom! De vroege kerk verzette zich tegen de gedachte dat Jezus niet God zou zijn.

Wat geloofden de eerste christenen dan? Voor de eerste leerlingen van Jezus was er geen drie-eenheid. Ze geloofden in één God: de Vader van Jezus.

Ook dit is niet waar. Tegen de discipelen zegt Jezus:

Laat uw hart niet ontroerd worden. U gelooft in God, gelooft ook in Mij. Joh.14:1

Zoals zij geloofden in de HEERE moesten zij op dezelfde wijze geloven in Jezus. Dit deden zij ook, want ze aanbaden Hem (Mat.28:17).

En ze geloofden dat Jezus de Zoon van God was. Dat zie je bijvoorbeeld bij Irenaeus, een belangrijke leider uit de vroege kerk. In de tweede eeuw schreef hij in zijn boek ‘Tegen de Ketterijen’: “Maar het is overduidelijk dat de Schriften de Vader alleen erkennen als de enige God. En ook dat de Heer Jezus Hem alleen belijdt als Zijn eigen Vader en geen ander naast Hem kent, zoals gezien wordt uit Zijn eigen woorden” (boek II.28.4).

Dit is wel een sterk eenzijdig gekozen citaat. Noordam vergeet even tegen welke achtergrond Irenaeus dit schreef, om te bewijzen dat de God van het Oude Testament dezelfde is als die van het Nieuwe. In Adversus haereses III, 9,1 schrijft dezelfde Irenaeus namelijk dat de Zoon en de Vader samen God worden genoemd door de profeten en de apostelen. In 15.3 schrijft hij dat de Zoon de Schepper is van hemel en aarde. Het is dieptreurig dat Noordam op deze wijze de lezers bespeelt om zijn gelijk te willen halen.

Jezus regeert namens God. Hij is als Mozes voor de farao: een vertegenwoordiger van God op aarde. Dat maakt Hem niet tot God, maar tot Degene die God stuurt en bekleedt met macht en autoriteit. Daarom lezen we ook dat Jezus zegt: “Mijn Vader is meer dan Ik” (Johannes 14:28). Jezus regeert namens God. Dat maakt Hem niet tot God, maar tot Degene die God stuurt en bekleedt met macht en autoriteit.

Dat Jezus zou regeren ‘namens God’ is maar één kant van de waarheid. Hij zal als mens regeren (weer haalt Noordam een tekst aan die daarover gaat), maar ook als God zelf. Hem is als mens gegeven alle macht (Mat.28:18), maar Zelf zegt hij:

Ik ben de alfa en de omega, de eerste en de laatste, het begin en het einde. Op.22:13

Dit bewijst dat Hij God is, die dit over Zichzelf zegt in Jes.44:6.

Wat met teksten die wél lijken te wijzen op de drie-eenheid? Sommige Bijbelteksten worden vaak gebruikt om de drie-eenheid te bewijzen. Zoals Johannes 1:1: “In het begin was het Woord, en het Woord was bij God, en het Woord was God.” Maar het woord ‘Woord’ (in het Grieks: logos) betekent het plan, de wil, de gedachte van God. Dat Woord is mens geworden in Jezus. Niet het Woord is Jezus, maar Jezus is het resultaat van dat Woord. Hij is geboren uit dat plan van God.

Hier weet ik niet of ik nu moet lachten of huilen. Dit is Bijbeluitleg van het slechtste soort. Noordam verlaagt de betekenis van het Griekse woord ‘Logos’ tot ‘het plan, de wil, de gedachte van God’, terwijl dit ‘de volmaakte uitdrukking van’ betekent. Bovendien zou het nergens op slaan als Johannes zou bedoelen: ‘het plan was bij God en het plan was God’. Ook de zin die er direct op volgt is duidelijk genoeg: ‘Alle dingen zijn door Hem geworden en zonder Hem is niet één ding geworden dat geworden is’, Joh.1:3.

Of wat dacht je van Mattheüs 28:19: “Doopt hen in de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest”? Deze doopformule komt in de rest van het Nieuwe Testament nergens terug, er wordt altijd gedoopt in de Naam van Jezus. Historici vermoeden dat deze zin pas later is toegevoegd, om te passen bij de nieuwe leer van de kerk.

Noordam kan kennelijk niets met deze tekst en dus is deze ‘vermoedelijk’ door historici toegevoegd (wat niet waar is), want hij berijpt niet dat er verder in de Bijbel alleen gedoopt wordt in de Naam van Jezus. De reden hiervoor is dat in deze Naam de volledige Godheid vertegenwoordigd is! ‘Want het behaagde de hele Volheid in Hem te wonen’, Kol.1:19.

Waarom is dit onderwerp belangrijk? Misschien denk je nu: “Waarom moeten we hier moeilijk over doen? Is het niet veel belangrijker dat we Jezus volgen en in liefde leven?” En ja, liefde is het belangrijkste. Maar liefde zonder waarheid is leeg. Jezus zegt zelf: “De ware aanbidders aanbidden de Vader in Geest en in waarheid” (Johannes 4:24). Als we laten zien dat God de Vader is, en Jezus Zijn Zoon, die de weg naar de Vader opent, dan is dat begrijpelijk, uitnodigend en Bijbels.

Het treurige is dat Noordam hier de aanbidding in geest en in waarheid verlaagt tot wat het werkelijk betekent. ‘Waarheid’ is wat Johannes in zijn brief schrijft:

En wij weten dat de Zoon van God gekomen is en ons het verstand gegeven heeft, opdat wij de Waarachtige kennen; en wij zijn in de Waarachtige, in zijn Zoon Jezus Christus. Deze is de waarachtige God en het eeuwige leven. 1Joh.5:20.

Jezus is de waarachtige God. Hem zien als ‘slechts’ een mens is geen aanbidding in waarheid, maar in leugen.

Bovendien: als we willen getuigen naar moslims, Joden en ongelovigen, stuiten we vaak op onbegrip. Zij kunnen niet geloven in een God die drie-in-een is. En eerlijk: dat kunnen wij soms ook niet uitleggen.

De Joden konden het ook maar moeilijk geloven. Daarom schrijft de schrijver van de brief aan de Hebreeën (zie Heb.2:8) dat God Zelf van de Zoon getuigt in Ps.45:7: ‘Uw troon, o God, is tot in alle eeuwigheid’.

Tijd voor een nieuwe reformatie? In mijn boek ‘De eenheid van 1 God’ roep ik op tot een wake-up call. Niet om ruzie te maken, maar om terug te gaan naar de kern. Wat zegt de Bijbel? Wat zegt Jezus? Wat zegt Paulus? God is de Vader. Jezus is Zijn Zoon. De Heilige Geest is Gods kracht, Gods tegenwoordigheid. Geen aparte Goden naast God de Vader, geen ingewikkelde filosofie. Maar een heldere waarheid die harten raakt. We leven in een tijd van verwarring. Van kerkverlating. Van mensen die niets meer met God te maken willen hebben. Laten we hen dan de echte God laten zien: de Vader die liefde is. En Zijn Zoon, Jezus, die de Weg, de Waarheid en het Leven is.

Ik raad iedere lezer aan dit boek te mijden als de pest. Het is geestelijk vergif, leugen afkomstig van de vader der leugen om Christus Jezus, onze Heer te verlagen en Zijn eer te roven. Het feit dat Hij God de Zoon is, het eeuwige leven ‘dat bij de Vader was en ons geopenbaard is’ (1Joh.1:2) is geen ‘ingewikkelde filosofie’ maar kraakheldere, eenvoudige en heerlijke waarheid, gekend door iedere eenvoudige gelovige op basis van wat God woord over Hem zegt. ‘Ik ben (…) het leven’, Joh.11:25, 14:6

Het is tijd om wakker te worden. Tijd om terug te gaan naar de Bijbel. Niet om mensen te veroordelen, maar om samen de waarheid te zoeken.

Het is tijd om wakker te worden inderdaad en dit soort valse leraars te ontmaskeren. Johannes schrijft:

Ieder die verder gaat en niet blijft in de leer van Christus, die heeft God niet. Wie in de leer blijft, die heeft zowel de Vader als de Zoon. Als iemand tot u komt en deze leer niet brengt, ontvangt hem niet in huis en begroet hem niet. Want wie hem begroet, heeft gemeenschap met zijn boze werken. 2Joh.1:9-10

Niet ‘samen’ met Jaap Noordam dus, maar onze geest reinigend van de leugens die hij verspreidt (2Kor.7:1).

En misschien ontdekken we dan wel iets groots: dat God één is, de Enige. En dat Hij een Vader is die ons uitnodigt in relatie, door Zijn Zoon, in Zijn Geest. Eenheid en eensgezindheid in liefde. En de eenheid in het geloof in één God, de Vader van onze Heer Jezus Christus.

Jezus zegt: Wie de Zoon niet eert, eert de Vader niet die Hem gezonden heeft (Joh.5:23). Ik hoop dat ik via dit artikel duidelijk heb mogen maken hoe ‘wrede wolven’ als Jaap Noordam in schapenvachten tot ons komen, maar ten diepste spreekbuizen zijn van satan zelf.

Wie is de leugenaar dan hij die loochent dat Jezus de Christus is? Deze is de antichrist, die de Vader en de Zoon loochent. 1Joh.2:22