Al de opdrachten van het Nieuwe Testament zou men kunnen samenvatten met: ‘De blik op Jezus gericht houden.’ We moeten leren in alles te ‘zien’ naar Jezus, of te vertrouwen op Hem. Geloven is niets anders dan: Vertrouwen op Jezus ONDANKS HETGEEN WIJ ZIEN. Daarom is dit het ene ding dat belangrijk is voor een gelovige, al het andere is secundair! Een heel bekende tekst over het zien op Jezus is:
Nu wij door zo’n menigte geloofsgetuigen omringd zijn, moeten ook wij de last van de zonde, waarin we steeds weer verstrikt raken, van ons afwerpen en vastberaden de wedstrijd lopen die voor ons ligt. Laten we daarbij de blik gericht houden op Jezus, de grondlegger en voltooier van ons geloof: denkend aan de vreugde die voor hem in het verschiet lag, liet hij zich niet afschrikken door de schande van het kruis. Hij hield stand en nam plaats aan de rechterzijde van de troon van God.Hb12:1,2
Het gaat hier om het ‘zien’ op Jezus. Jezus was de mens die een leven vol geloof leefde, terwijl Hij gericht was op de vreugde die voor Hem lag. Hierin is hij ons voorbeeld. Terwijl Hij werd veracht en mishandeld, hield Hij toch zijn ‘geloofsoog’ gericht op wat God Hem had beloofd (zoals ook die geweldige geloofsgetuigen uit Hb11). Zie daarover Psalm 22:7-9
Maar ik ben een worm en geen mens,
door iedereen versmaad, bij het volk veracht.
Allen die mij zien, bespotten mij,
ze schudden meewarig het hoofd:
‘Wend je tot de HEER! Laat hij je verlossen,
laat hij je bevrijden, hij houdt toch van je?’
Zelfs God leek Hem in de steek te laten toen Hij aan het kruis werd geslagen. Vers 1
Mijn God, mijn God, waarom hebt u mij verlaten?
Toch blijft Hij vertrouwen! Vers 20-22:
HEER, houd u niet ver van mij,
mijn sterkte, snel mij te hulp.
Bevrijd mijn ziel van het zwaard,
mijn leven uit de greep van die honden.
Red mij uit de muil van de leeuw,
bescherm mij tegen de horens van de wilde stier.
U geeft mij antwoord.
Toch bleef Hij dus vertrouwen op God! Daarom is Hij de grondlegger en de voltooier (het voorbeeld) van ons geloof. Ook wij zijn in deze wereld en ondervinden tegenstand. Ook wij begrijpen niet waarom er bepaalde dingen gebeuren. Ook wij denken vaak dat God ons verlaten heeft. Ook wij merken vaak niets van God. Maar ook wij hebben beloften van God. Hoe kunnen wij dan toch volhouden in het geloof? Door te zien op Jezus!
Dat is precies wat er gebeurde met Stefanus in Hd7. Tegenover de tegenstanders van het evangelie gaf hij een krachtig getuigenis. Toen zij hem stenigden staat er:
Maar vervuld van de heilige Geest sloeg Stefanus zijn blik op naar de hemel en zag de luister van God, en Jezus, die aan Gods rechterhand stond. Hd7:55
Het leek of God ook Stefanus in de steek liet. Maar de mens Jezus, die net zo werd behandeld door de tegenstanders uit de Joden, verschijnt voor het (geloofs-) oog van Stefanus. Hierdoor vindt hij kracht om dezelfde woorden uit te spreken als zijn Meester ooit deed: Heer, reken hun deze zonde niet toe (Hd7:60). Let op dat Jezus staat aan de rechterhand van God, terwijl overal in de Bijbel verder staat dat Hij daar zit.
Een mooie tekst is ook Mt17:8 waar over de verheerlijking op de berg wordt gesproken. Nadat Mozes en Elia zijn verschenen staat er:
Toen zij nu hun ogen opsloegen, zagen zij niemand dan Jezus alleen. (Telosvertaling)
Dit betekent dat onze ogen alleen op Hem gericht moeten blijven. Ten diepste is Jezus DE Mozes en DE Elia. De uitgebreide opsomming van Stefanus komt tot een climax als hij zegt dat ze ook nog eens DE Rechtvaardige hebben verraden en vermoord (naast al die profeten die hun voorouders hadden omgebracht). Jezus is altijd de vervulling. Zien op Jezus betekent zien op die mens, die geleid door de Heilige Geest, zijn geloofsweg volbracht. Ook betekent het zien op diegene die de ware vervulling is van al de oud testamentische typen en profeten.
We zien op Hem dus:
1. Als ons voorbeeld.
2. Als de vervulling van de wet en de profeten (we hoeven daar niet meer aan te voldoen).
Dan nog een derde manier van ‘zien’ op Hem. We lezen dat in een zeer bijzondere tekst, die naar mijn mening alleen in de Telos vertaling tot zijn recht komt:
Wij allen nu, die met onbedekt gezicht de heerlijkheid van de Heer aanschouwen, worden naar hetzelfde beeld veranderd van heerlijkheid tot heerlijkheid, als door de Heer, de Geest. 2Kor3:18
Er ligt een bedekking op het gezicht van de onbekeerde jood, steeds als hij het Oude Testament leest (2Kor3:14,15). Hij kan daardoor de waarheid niet zien, zijn verstand is bedekt door God. Wij, de christenen, zien met een onbedekt gezicht (door genade natuurlijk; geen prestatie van onszelf). Dit betekent dat door de Geest, wij begrijpen dat Christus het middelpunt van alle openbaring van God is. Als wij Hem ‘aanschouwen’, over Hem nadenken, Hem de ruimte geven, Hem aanbidden; kortom: Hem in het centrum van ons denken plaatsen, dan gaan wij veranderen. We gaan dan steeds meer op Hem lijken, doordat de Heer met zijn Geest in ons woont en ons van binnenuit transformeert. Dit principe wordt prachtig geïllustreerd in Lukas 10:38-42. We zien daar Maria die aan de voeten van Jezus zit en naar zijn woord luistert (vs39) en we zien Martha die in ‘beslag werd genomen door het vele dienen’ (vs40). Uiteindelijk antwoordt Jezus Martha (die zeer verontwaardigd is dat Maria zit te ‘niksen’):
Er is maar één ding noodzakelijk. Maria heeft het beste deel gekozen, en dat zal haar niet worden ontnomen.Vs42
Er is maar één ding noodzakelijk! Jezus was degene die de aandacht van Maria had. Wij moeten nooit vergeten dat, als we ook maar een klein beetje afdwalen van onze (geloofs-) aandacht voor Jezus, we binnen de kortste keren op een dwaalweg zijn beland.
Volg de weg van Christus Jezus, nu u hem als uw Heer aanvaard hebt. Blijf in hem geworteld en gegrondvest, houd vast aan het geloof dat u geleerd is en wees vervuld van dankbaarheid.Ko2:6,7
De derde manier is: Vertrouwen dat Hij IN ONS werkt ook al voelen we dat niet!
De gelovigen uit het boek Handelingen waren gericht op Jezus. Hem verkondigden zij als de Opgestane, de Heer, tot Hem doopten zij mensen, tot Hem baden zij, Zijn vervolging kwam ook over hen, Zijn stem hoorden zij. Het was een groep waarvan gezegd kon worden:
En zij herkenden hen dat zij met Jezus waren geweest. Hd4:13 (Telos).
Alles is na de komst van de Heilige Geest in het meervoud: ‘wij’, ‘hen’ en niet meer ‘ik’ of ‘jij’. Wij komen alleen tot groei als we verbonden zijn met elkaar. Daarover meer in het artikel ‘De gemeente van God’.